Methodestage in Freinetschool 'De Klaproos'

Voor het vak 'identiteit in diversiteit' gingen we op observatie in een methodeschool. Methodescholen zijn bijvoorbeeld Freinet, Steiner, Jenaplan, enzovoort. Ik koos samen met twee medestudenten Emilie en Lisa voor de Freinetschool in Overboelare 'De Klaproos'. Deze scholen staan in voor het focussen op de kinderen als individu en de interesses en talenten van deze kinderen.
Het was de bedoeling dat we in deze school gingen observeren maar ook zeker participeren, zodat we de werking en de visie van deze school leerden kennen. Dat is ons ook zeker gelukt, het was zeer leerrijk.
Wat heb ik geleerd over de Freinetschool?
Wat mij als eerste opviel is dat het een school is met weinig leerlingen, dit wist ik ook op voorhand. De klassen zijn beperkt zodat er goed op de aanwezige leerlingen kan gefocust worden. Een leerling vertelde me dat kinderen die al een oudere broer of zus hebben in de school, voorrang krijgen. We hoorden al tijdens een presentatie dat de leerlingen hier vaak niet in een rij moeten gaan staan maar gewoon naar de klas mogen gaan, dit was in deze school niet het geval. De handbel ging en de leerlingen verzamelden in een rij.
Wat ons ook opviel is dat de leerlingen echt héél zelfstandig zijn en altijd weten wat er van hen verwacht wordt. Het zijn natuurlijk de oudste leerlingen van de school, wat er ook mee te maken heeft. Ze gaan naar de klas en doen alles zelfstandig, de begeleidster zet een rustig muziekje op en de leerlingen gaan aan de slag.
Daarna volgde de praatronde, hiervoor verhuizen de leerlingen naar een ander lokaal voor 'de ronde'. Er wordt een voorzitter gekozen en die krijgt een whiteboard, hierop staan de verschillende namen en topics die de leerlingen kozen waarover ze graag iets willen vertellen. De leerlingen mogen iets vertellen over het weekend, iets dat ze gedaan/gelezen/gezien hebben. Ook wanneer de leidster even weg is, doen de leerlingen gewoon verder zonder van de situatie te profiteren. De leerlingen komen niet allemaal aan het woord, de voorzitter beslist wie er aan het woord komt. Daarna is "de ronde afgesloten". Ik merkte hierbij dat de leerlingen een rijke woordenschat hebben, woorden zoals vestiging en concept worden genoemd.
De leerlingen keren terug naar de klas en krijgen een planning met de taken van deze week. De planning wordt opgemaakt aan de hand van wat er in de vorige ronde werd verteld. De taken zijn geen huistaken, ze worden gemaakt tijdens de 'vrije werktijd'. Wanneer ze niet afgeraakt zijn tegen het einde van de week, krijgen de leerlingen geen 'kiestijd/kiesuurtje' maar moesten ze hun taken afwerken. De leerlingen dragen altijd pantoffels in de klas, de jas en schoenen gaan uit. Er heerst een zeer huiselijke sfeer in de school. De planning wordt volledig stuk per stuk overlopen met de leerlingen. Ze zijn op de hoogte van wat er dient te gebeuren. Vragen kunnen gesteld worden over de planning. Ze mogen ook bedenkingen meedelen.
De leerlingen krijgen wel toetsen in deze methodeschool, maar deze staan niet op punten. Deze worden geëvalueerd aan de hand van kleuren in hun dikke map. Bij het zesde leerjaar werkt men wel met punten om ze voor te bereiden op de middelbare school.
Voordat de speeltijd begint, krijgen alle leerlingen een koek die aanwezig is in de klas, ze hoeven deze niet van thuis mee te brengen. In de namiddag was er eerst een Mentimeter rond het voetbalspel op de speelplaats. Er vormden hier nogal veel problemen waardoor de leerkrachten het spel elke speeltijd evalueren aan de hand hiervan. Er wordt geluisterd naar de leerlingen en er worden oplossingen besproken. Wanneer er een ruzie of discussie is in de speeltijd, zal de begeleidster alle betrokkenen meenemen naar een aparte ruimte om alles uit te klaren. Zeker op deze leeftijd is dit belangrijk.
Iets waarbij we ook veel hebben mogen leren en helpen is 'project'. De leerlingen kregen het thema 'goud'. Hiermee gingen ze verder aan de slag aan de hand van meerdere bronnen; internet en boeken. Een groepje had het over het goud in de ruimte, een ander groepje over het goud in de natuur. Op deze manier kwamen vele interessante dingen naar boven. Ze zorgen bij hun project voor afspraken, verdeling van de taken en een goed verloop van het groepswerk. Op deze manier leren de leerlingen heel veel feitjes rond onderwerpen die in hun interesses liggen en die te maken hebben met wero.
De klasinrichting is verdeeld in twee groepen met een kast tussen. Zo kunnen we twee werkruimtes creëren voor zowel vijfde als zesde leerjaar maar toch in hetzelfde lokaal. Boven is er ook een ruimte voor deze groep om eventueel zelfstandig in stilte te werken. De leerlingen kunnen aan de hand van de infrastructuur heel zelfstandig werken, ze weten continu wat van hen verwacht wordt en doen alles automatisch. Dit is iets dat doorheen de jaren is opgebouwd en al sinds de kleuterklas begint. Er zijn vele ruimtes ter beschikking om de leerlingen zelfstandig te laten werken, ze krijgen hier ook vrijheid in. Zo is er een zolderkamer boven en mogen ze ook in de studiezaal werken. Het is allemaal heel gezellig en huiselijk ingericht, dit viel mij heel hard op en kan je ook zien op de foto's.
Ook de speelplaats is in twee delen ingericht. Vooraan de gewone speelplaats met een voetbalterreintje, bankjes en stoelen. Achteraan een volledige tuin waarin de leerlingen in bomen kunnen klimmen, kampen mogen maken en in de modder mogen wroeten. Dit vonden de kinderen geweldig.
In beide groepen, vijfde en zesde leerjaar, zitten b-stromers. Voor deze leerlingen wordt ook gedifferentieerd in materialen en bundels.
Taal is doorheen het hele klasgebeuren aanwezig. Het begint al van 's morgens met de praatronde. Nadien volgen er vele groepswerken, samenwerkingsvormen, enzovoort. Ze moeten doorheen de dag veel babbelen, zowel mondeling als schriftelijk. Je merkt dit inderdaad aan het feit dat ze mondiger zijn en ze niet beschaamd zijn om te babbelen.
Na project beginnen leerlingen aan vrije werktijd, hierbij mogen ze al aan hun 'huiswerk' beginnen, een toets inhalen, enzovoort.
We liepen ook een half dagje mee met de vierde leefgroep, we gingen mee met hen naar de Colruyt. Ze kregen een boodschappenlijstje en centjes mee van thuis en moesten volledig zelfstandig hun boodschappen afhandelen. Dit was heel fijn om te zien.
Wat neem ik mee rond de visie van dit onderwijs?
Ik neem mee dat de leerlingen heel zelfstandig worden opgevoed al van in de kleuterklas. Tijdens de turnles zag ik de kleuters samen met de juf de vuilbakken legen in de grote containers terwijl dit in gewoon onderwijs door de juf of poetsdienst zou gedaan worden.
Ik vond het ook heel goed dat de planning van de volledige week met de leerlingen wordt meegedeeld, zo zijn ze van in het begin tot het einde van de week op de hoogte van wat er zal gebeuren.
Lieve, de directrice van de school, liep ook heel vaak rond in de klassen, tijdens de lessen, op de speelplaats enzovoort. Dit zorgt ervoor dat ook de directie een goede band heeft met de leerlingen en dat zij ook van allerlei zaken op de hoogte is.
De leerlingen worden ontvangen in een veel huiselijkere sfeer dan in een gewone Katholieke school wat er dan ook voor zorgt dat ze zich thuis voelen. De klas is niet frontaal opgesteld maar meer in knusse hoekjes en aparte ruimtes (zie foto's).
Zou ik zelf willen lesgeven in dit onderwijs?
Ja, dit lijkt me wel een leuke school om in te werken. Ik heb ook wel interesse naar andere methodescholen, hoe het er daar aan toegaat. Ik denk dat de school waar we nu stage liepen nog meevalt qua verschillen met een Katholieke school en dat er bij sommige methodescholen nog meer verschillen zijn. Ik ben hier dus wel benieuwd naar.